Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [God] zal [41][dit] over [42]hem werpen, en niet sparen; van Zijn hand zal hij [43]snellijk vlieden. 41. Te weten, de voorgemelde en derzelver gelijke straffen. 42. Te weten, den goddeloze. 43. Hebreeuws, vliedende vlieden; te weten, als hij zich zal gevoelen van God geplaagd te zijn.